Kees de Visser vat de belangrijkste onderwerpen samen:
‘Flashen’
Bij FGM meet, de op de huid aangebrachte sensor elke minuut het glucose. Het uitlezen van de sensor heet ‘flashen’. De sensor kan over een periode van maximaal 8 uur de glucosemetingen onthouden. De sensor moet dus minimaal om de 8 uur uitgelezen worden om een verloop van de glucosewaarden te kunnen weergeven. Hoe vaker er geflasht wordt hoe meer het verloop duidelijk wordt.
Volbloed versus Interstitiële vocht
Waar bij een vingerprik de glucose in het capillaire volbloed wordt gemeten, wordt bij FGM de glucose in het interstitiële vocht gemeten. Deze waarden komen niet exact overeen, er kan een verschil van 0.8 mmol/l zijn. De waarde in het interstitiële vocht weerspiegelt de glucosewaarde in het capillaire volbloed met een vertraging van 5 minuten.
Momentopname versus trendmonitoring
Doordat er bij FGM iedere minuut een meting wordt gedaan, kan de trend in kaart worden gebracht. Hierdoor krijgt de patiënt een beter beeld van de glucose-instelling. De metingen laten ook zien of er sprake is van een daling of stijging van het glucose. Hierdoor is beter te in te schatten of er bijgespoten danwel bijgegeten moet worden.
HbA1c versus ‘Time in range’
Waar we nu bij de controle van instelling varen op het HbA1c, geeft FGM een hele nieuwe mogelijkheid voor het monitoren: de zogenaamde ‘Time in range (TIR)’ ofwel het percentage van tijd waarin de glucosewaarde binnen de streefwaarden zit. Zo komt een TIR van 70% bij streefwaarden van 4-10 mmol/l overeen met een HbA1c van 53, waarbij nu veel beter te zien is in hoeverre er sprake was van hyper- of hypoglycaemien.
Voorwaarden en vergoeding voor de patiënt
Om in aanmerking te komen voor vergoeding als type 2 diabetespatiënt moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan.
- Er moet sprake zijn van een 4 maal daags insulineschema.
- Er moet een duidelijk behandeldoel worden geformuleerd
Dit kan zijn: meer inzicht krijgen, een beter HbA1c nastreven, minder ontregelingen of het beter kunnen managen van de bloedsuikers (bv bij sporten).
- Er moet een zelfstudie gevolgd worden door de patiënt
De patiënt moet een zelfstudie volgen om de basisbeginselen van FGM te leren begrijpen. Dit is een onlinecursus waarmee ze bij voldoende kennis een certificaat ontvangen om hiermee de volgende stap te kunnen ondernemen.
- Er moet een evaluatie en terugkoppeling plaats vinden.
Er moet een evaluatie worden gedaan om te beoordelen of de behandeldoelen zijn behaald om ook voor een vervolg vergoeding in aanmerking te komen.
Zo kan FGM dan steeds voor een jaar vergoed worden. Wanneer patiënten niet in aanmerking komen voor de vergoeding kunnen ze ook besluiten het zelf te bekostigen. Kosten zijn ongeveer €60 per 2 weken. Uit onderzoek is gebleken dat het gebruik van FGM ook daadwerkelijk verbetering geeft in HbA1c-waarden, minder arbeidsuitval en minder ziekenhuisopnames door ontregelingen geeft.
FGM-device
Het FreeStyle Libre systeem bestaat uit een sensor, een applicator (om de sensor op de huid aan te brengen), een reader en een softwareprogramma. De reader is een apparaatje vergelijkbaar met een bloedglucosemeter die de sensor kan uitlezen, maar ook een afzonderlijke glucosemeting via vingerprik kan doen.
Met een speciale app kan ook met een smartphone de sensor uitgelezen worden. Dit laatste geeft meer mogelijkheden om andere gegevens in te voeren, maar kan niet de glucosemeting via vingerprik doen.
Met de sensor kan overigens gedoucht, gesport en gevlogen worden. Alleen bij het ondergaan van een MRI-onderzoek moet de sensor worden verwijderd.
LibreView
Via een speciaal softwarepakket kan de hulpverlener de patiëntdata online monitoren. Daartoe kan de patiënt de data uploaden op een speciale beveiligde website en kan elders inzage verkregen worden in het verloop van de metingen. Zo kan de patiënt op afstand worden begeleid.
Voor elke patiënt en hulpverlener geschikt?
FGM is een interessante ontwikkeling die voor een geselecteerde groep van patiënten beschikbaar wordt gesteld. Om in aanmerking te komen voor vergoeding moet aan voorwaarden worden voldaan (zie boven). Daarnaast moet er commitment zijn van de patiënt om vaak (minimaal 10 keer per dag) te flashen en moet iemand in staat zijn te acteren op trends. Als patiënt moet je om kunnen gaan met de hoeveelheid aan informatie. Dit geldt ook voor de hulpverlener (huisarts en POH) die de patiënt begeleidt. Geschat wordt dat tussen de 5 en 10 patiënten per praktijk in aanmerking kunnen komen voor FGM.
Het interpreteren van de informatie vraagt kennis en ervaring van de praktijk. Een cursus hierover is een belangrijke eerste stap hierin. De huisarts/POH kan een demopakket bestellen; om er zelf feeling mee te krijgen en ter educatie voor de patiënt.